Campus HAST investeert in nieuwbouw Autotechnieken

Aanpak en uitrusting werpen vruchten af

Er waait sinds 2015 een innovatieve wind op Campus HAST in Hasselt. Dat uit zich in de nieuwe moderne gebouwen. De afdeling Autotechnieken is een van de visitekaartjes. Maar liefst 2 miljoen euro werd geïnvesteerd in de nieuwbouw, inrichting en omgevingsaanleg. Rik Broekmans (technisch adviseur Autotechnieken): “De nieuwbouw werd eind verleden jaar geopend en werpt nu reeds vruchten af. Leerlingen én ouders zijn onder de indruk van onze aanpak en hypermoderne uitrusting.”

Campus HAST

HAST Katholiek Onderwijs Hasselt maakt deel uit van de scholengemeenschap Sint-Quintinus. De campus telt momenteel ongeveer 1.850 leerlingen, waarvan circa 1.500 leerlingen in de zachte en harde sector (bouw, hout, elektriciteit, autotechnieken en mechanica). De richting Autotechnieken is met een 70-tal leerlingen (derde graad bso, tso, specialisatiejaar Auto-Elektriciteit) een van de grootste afdelingen. Dat is ooit anders geweest, vertelt Rik Broekmans (technisch adviseur Automechanica Campus HAST). Hij stapte 17 jaar geleden van de privésector over naar het onderwijs/campus HAST, waar hij sinds 7 jaar afdelingshoofd is van de afdeling Autotechnieken: “Toen ik hier van start ging, hadden we meer dan 1.000 leerlingen. Op een gegeven moment zakte het aantal onder de 500. Nu zijn we opnieuw in stijgende lijn. Ik denk dat men de voordelen van knelpuntberoepen en technische jobs begint in te zien. Wie met zijn handen wil werken, moet echter meteen op de juiste plaats zitten. Ik zeg altijd dat Latijn even moeilijk is als Autotechnieken. Elke richting impliceert immers specialistische kennis. Jammer genoeg staat het woord ‘beroeps’ of ‘technisch’ er vaak voor, maar dat zal verdwijnen. Vanaf 1 september 2021 gebruiken we de benaming AR (arbeidsrichting) Mechanica finaliteit, dubbele finaliteit Voertuigtechnieken (werken of doorstromen) en een echte doorstroomfinaliteit voor bijvoorbeeld technologische wetenschappen. Een belangrijke troef voor de toekomst is dat we op basis van de nieuwe onderwijsmatrix vanaf september 2021 in de tweede graad een opleiding Voertuigtechnieken aanbieden. Men zal dus reeds vanaf het derde jaar kunnen inschrijven voor de opleiding Voertuigtechnieken. We focussen op basiskennis, maar ook op elektrische en hybridevoertuigen.”

Rik Broekmans is ervan overtuigd dat het aantal elektrische en hybridevoertuigen zal stijgen, maar de verbrandingsmotoren zullen volgens hem niet zomaar verdwijnen: “De elektrische voertuigen zijn al een tijdje op de markt maar de merken zijn er nog niet in geslaagd om met een voertuig uit te pakken dat in het dagelijks verkeer even functioneel kan worden gebruikt. Het gaat over rijbereik en prijs. Waterstof is ook een optie, maar het moet haalbaar en betaalbaar zijn.”

Topleerkrachten

De goed opgeleide leerkrachten zijn een van de sterktes van de afdeling Autotechnieken, aldus Rik Broekmans: “Leraars die het onderwijs verlaten, moeten in principe meteen meekunnen in de bedrijfswereld. Mijn 7 collega’s zijn zeer gemotiveerd. Hun job is hun passie. De een is gespecialiseerd in koetswerk, de ander in elektronica, mechaniek of zuiver sleutelwerk. Op die manier vormen we een perfect team, wat de leerlingen ten goede komt. We volgen intensief opleidingen om bij te blijven en zijn niet merkgebonden. We hebben overal onze connecties en samenwerkingen met de vele autodealers die in de buurt gevestigd zijn. Maar we werken ook samen met andere scholen in de omgeving, waarbij we identiek onderwijs proberen aan te bieden.”

Nieuwbouw Autotechnieken

Een andere troef is de hypermoderne uitrusting. Rik Broekmans: “In 2015 lagen de eerste plannen voor de nieuwbouw Autotechnieken (950 m²) op tafel. Het vorige gebouw was niet meer up-to-date voor het stijgende aantal leerlingen. We kozen bewust voor een moderne inrichting die toegankelijk is voor de leerlingen. Zij staan centraal en moeten de juiste opleiding krijgen.”

Het financieel plaatje vormde een heuse uitdaging. Aan de nieuwbouw, inrichting en buitenaanleg hangt een prijskaartje van 2 miljoen euro. Rik Broekmans: “We spraken Agion aan voor subsidies, maar moesten uiteraard ook een groot stuk zelf inbrengen. Samen met onder meer mijn collega Eric Laeremans die instaat voor het gebouwbeheer hebben we aan de kar getrokken. En dit werpt alleen maar vruchten af. Momenteel hebben we reeds inschrijvingen voor volgend jaar van jongeren die onder de indruk zijn van onze uitrusting en aanpak.”

De bijgevoegde tabel geeft een overzicht van de inrichting, waarbij onder meer het Lucas Nülle labo indruk maakt. Rik Broekmans: “Op die manier kunnen we storingen en metingen van bv. hybridevoertuigen nabootsen. Per paneel kunnen we zeker 200 fouten simuleren, waardoor men via het paneel leert. Dat trekt enorm aan.”

“In ons labo kunnen we storingen van hybridevoertuigen nabootsen. Het is mogelijk om per paneel zeker 200 fouten te simuleren”

Duaal leren

Naast de klassieke stage werd duaal leren vorig jaar opgestart. Rik Broekmans: “We dachten dat velen op die kar zouden springen. We hebben echter slechts één garage bereid gevonden om drie leerlingen op te leiden in nauwe samenwerking met de leerkracht die de doelstellingen opvolgt. De leerlingen rouleren op dinsdag, woensdag en donderdag binnen het systeem zodat ze evenveel zien met betrekking tot carrosserie, vrachtwagens en auto’s. De theoriedagen hebben we bewust op maandag en vrijdag gepland. De jongeren zijn niet zo vaak op school en moeten er zich toch kunnen thuisvoelen. Dat werkt tot nu toe heel goed. We vinden jammer genoeg geen extra bedrijven die hierin willen meestappen maar we zoeken verder en geven niet op. Ik begrijp dat dit een hele investering is voor hen. Denk maar aan de mentoropleiding en -begeleiding. De bedoeling is dat men er nieuwe werkkrachten aan overhoudt, maar het gevaar bestaat dat de jongeren naar een ander bedrijf overstappen. Daar wringt het schoentje ook.”

Onderwijshervorming

De nieuwe onderwijshervorming vormt volgens Rik Broekmans een niet te onderschatten uitdaging: “STEM-richtingen organiseren is volgens mij niet meteen weggelegd voor aso-scholen. Er zullen andere richtingen komen en de scholen zullen moeten kiezen welke richting ze willen promoten of waarop ze zich willen toespitsen. Dat hoeft niet per se een domeinschool te zijn, maar ik denk wel dat een school vier à vijf richtingen zeer goed zal moeten uitbouwen om toponderwijs te kunnen bieden.”

Bo Beynaerts (17): “Wat jongens kunnen, kunnen meisjes ook. Ik ben gefascineerd door auto’s en elektriciteit. Na deze opleiding wil ik mijn kennis verder uitbreiden aan de hogeschool”

Micha Thans (17): “Ik wil van mijn hobby mijn beroep maken. Het is heel wijs dat we met deze moderne uitrusting opgeleid worden. Alles is nieuw en up-to-date. Zo werken we met dezelfde schokdemper- en remmentest als in de Autokeuring”