Ruitherstelling: beproefde & toegankelijke techniek
Eerder glasschade aan een voorruit herstellen dan ze te vervangen kan een flinke slok op de borrel schelen. Technisch gesproken is ook heel wat mogelijk, zij het dat de nodige voorzichtigheid aan de dag moet worden gelegd met betrekking tot de te herstellen oppervlakte. De techniek heeft haar nut ook bewezen. En ook al bestaan er onderlinge verschillen, de essentie blijft onverminderd: herstel gebeurt door hars in de breuk aan te brengen.
Schade, maar welke schade precies?
Semantisch gesproken onderscheiden we een aantal zaken in de term ruitherstelling, ruit en herstelling dus. Wanneer we het over ruit hebben, doelen we de voorruit van een voertuig. Dat is in regel een zogenaamde gelamineerde ruit. Deze bestaat uit twee lagen glas, met ertussen een folie. De impact zal enkel de buitenste laag beschadigen, waardoor herstel mogelijk zal zijn, voor zover de beschadigde oppervlakte niet te groot is. Helemaal anders dus dan vroeger toen een impact vaak volstond om de ruit werkelijk te doen verbrijzelen.
Maar wat is een beschadigde oppervlakte die 'niet te groot is'? Wellicht ook geïnspireerd door commerciële doeleinden heeft men het wel eens over de omvang van een 2 euro-munt. Op zich maakt het de zaken bevattelijk, maar navraag leert dat dit een vrij optimistische inschatting is. Veel hangt af van de beslagenheid van degene die de herstelling uitvoert. Net zoals de kwaliteit van de gebruikte apparatuur een rol speelt.

Niet om het even waar
Er zit, zoals net besproken, een limiet op de haalbaarheid van een ruitherstelling. Deze is vooral technisch van aard. Daarnaast is er een belangrijke wettelijke begrenzing die betrekking heeft op de plaats op het raam waar een herstelling überhaupt uitgevoerd mag worden. Eigenlijk is de regel eenvoudig: het mag overal behalve wanneer de schade zich in het gezichtsveld van de chauffeur bevindt of in de nabijheid van een camera. Sommige experts menen dat men hier extreem voorzichtig is geweest, maar de regel is duidelijk. De reden? Mogelijk zorgt het herstel, ook al is die volgens de regels van de kunst uitgevoerd en moet men al over een sterk getraind oog beschikken om vast te stellen dat er één uitgevoerd is, voor een licht vertekend beeld, met alle veiligheidsrisico's van dien.

Vooraleer het herstel begint
Idealiter dekt men de schade keurig af van zodra deze zich voorgedaan heeft. Kwestie van te vermijden dat er (vuil) water in zou lopen nog voor men aan herstellen toekomt. Het risico van die waterinsijpeling is dubbel. Op koudere momenten kan het 's nachts bevriezen, uitzetten en een barst veroorzaken. Het effect van warme lucht op een koude ruit vergroot dit risico. Maar ook in warmere periodes is waterinsijpeling niet risicoloos. De kans bestaat immers dat na het herstel de opgetreden verontreiniging in de vorm van enkele donkere puntjes zichtbaar wordt. Afdekken is dus de boodschap.
Hoe werkt de hersteltechniek?

Met een speciaal boortje wordt een klein gaatje geboord waardoor men goed toegang verwerft tot de breuk. Het glas dat overblijft en de spaanders worden verwijderd. Vervolgens wordt een aangepast toestel door gebruik te maken van zuignappen op de voorruit aangebracht. Op die structuur kan dan een plunjer geplaatst worden. Deze heeft onderaan een rubberen afdichting die rond de breuk geplaatst wordt. Door de plunjer wordt wat herstelhars in de breuk aangebracht. Dat is eigenlijk de essentie van deze aanpak: geen herstel zonder hars.
Door de plunjer aan te schroeven creëert men de druk om de hars in de impact te laten binnendringen. Meer gesofisticeerde systemen zijn voorzien van een drukmeter en pomp, precies om een grotere greep te hebben op dit drukgegeven. Deze is essentieel om de vloeistof in de breuk te injecteren. Vloeistof is niet samendrukbaar, maar lucht wel. Door hierop in te spelen, dringt de hars er dieper in.
Daarna breekt de fase van het vacumeren aan. Concreet komt het erop neer dat men de lucht die onderaan de barstjes zit de tijd geeft naar boven te ontsnappen. Gedurende enkele minuten laat men alles in onderdruk staan. Eigenlijk komt het erop neer dat de vloeistof in de breuk moet zitten, maar de lucht eruit dient getrokken te worden. Er zijn verschillende soorten hars die gebruikt worden: injecteerhars of ook wel herstelhars genoemd en voor de laatste fase de afwerkingshars die een hogere viscositeit heeft om de bovenste impact op te vullen.
Nadat men zeker is dat de herstelling een mooi resultaat heeft, mag de plunjer verwijderd worden. Idealiter gebeurt dat door deze opzij te draaien en dan uit te draaien. Door een druppel afwerkingshars te laten vloeien op de plaats waar er wat glas ontbreekt en deze onmiddellijk met een soort plastiekfolie af te dekken, is men klaar om de uv-lamp bovenop de impact te plaatsen om het hars te doen drogen. Dat duurt slechts enkele minuten. Vervolgens wordt het overtollige hars geschraapt en kan, indien gewenst, afgewerkt worden met wat polierpasta zodat de matte plek glanzend wordt.
De essentie blijft onverminderd: ruitherstel gebeurt door hars in de breuk aan te brengen
Met welke slaagkans?
Niet elke herstelling lukt. Aan de binnenkant wordt een spiegel geplaatst om een zo goed mogelijk zicht te krijgen van het herstel. Door gebruik te maken van die spiegel tracht men het risico op falen tot een minimum te beperken, maar een exacte wetenschap is dit niet. Het kan gebeuren dat men te diep geboord heeft en helemaal door het glas zit. De risico's van waterinsijpeling zoals hoger geschetst kunnen spreekwoordelijk roet in het eten gooien. Soms is de lucht er niet helemaal uit gehaald. En er is ook de vaststelling dat er heel wat vormen van impact zijn, wat vaak in verband kan worden gebracht met het type object dat de schade veroorzaakt heeft. Was het een ronde steen? Een scherpere vorm? Sommige types breuk manifesteren zich soms in combinatie.

Automatische alternatieven?
Op zich bestaat het procedé al een hele tijd. Er zijn ook toestellen op de markt die volledig geautomatiseerd zijn, alleen zijn deze erg prijzig. De obligate vraag is dan ook in hoeverre de investering zichzelf terugverdient. Het grote voordeel van het zonet beschreven systeem is dat het makkelijk tussen twee andere taken kan worden uitgevoerd. Je moet er immers niet systematisch bij blijven. Navraag leert dat een hersteltijd van 45 minuten het gemiddelde is. Soms gaat het wat sneller, soms kruipt er wat meer tijd in, maar ver van die drie kwartier is men zelden.
Aanbod creëert de vraag
Het valt op dat de groep mensen die een opleiding in deze materie volgt in de lift zit. Dat blijkt zo zijn redenen te hebben. Op zich is het een techniek die vrij toegankelijk is. Men kan ze onder de knie krijgen, zonder dat hiervoor bijzondere vaardigheden vereist zijn. Voor garages is het dan weer handig net deze dienst te kunnen aanbieden. Het past in een trend dat men zich meer en meer als een onestopshop presenteert.
In samenwerking met Educam, het kennis- en opleidingscentrum van de autosector en aanverwante sectoren (www.educam.be)