OMGAAN MET ELEKTRICITEIT IN JE WONING

Je elektrische installatie is geïnstalleerd of gerenoveerd en kan in gebruik genomen worden. Daarbij is het belangrijk dat je weet hoe de meterkast werkt. Verder geven we ook enkele besparings- en veiligheidstips mee.

 

DE METERKAST

De elektriciteitsmeter, opgeborgen in de meterkast, is dé manier voor de netbeheerder om na te gaan hoeveel stroom je verbruikt. Deze kast is eigendom van de netbeheerder en hier moet je in principe dus niet aankomen maar toch denken velen dat een oude meterkast vervangen moet worden.

De meterkast wordt echter enkel vervangen wanneer deze defect of verouderd is. Ga zelf eerst na of een toestel defect is, want enkel dan is een vervanging gratis.

Of een model verouderd is, wordt bepaald door de FOD Economie en de netbeheerder zal in dat geval normaal zelf het initiatief nemen om deze te vervangen. Een meterkast vervangen hoeft dus enkel in uitzonderlijke gevallen. Wat vaker voorkomt, is dat je meterkast verplaatst moet worden, doordat je de ruimte in je woning anders wil gaan benutten. Ook dat is de taak van de netbeheerder, uiteraard tegen betaling. Reken hiervoor een 140 euro, afhankelijk van de netbeheerder.

 

VAN TERUGDRAAIEND NAAR DIGITAAL

Een terugdraaiende teller zal bij overtollige productie – zoals de naam al zegt – teruglopen. Als je verbruik op 500 kWh uitkomt en je zonnepanelen 200 kWh produceren, dan gaat je meter terugdraaien naar 300 kWh. Via saldering wordt de verbruikte en teruggegeven stroom met elkaar verrekend. De stroom die je levert aan het net wordt verrekend op je energiefactuur.

Terugdraaiende tellers zijn op hun retour en zullen op termijn allemaal vervangen worden door digitale meters. Deze hebben twee aparte tellers voor de productie en het verbruik van de stroom. Deze digitale meters draaien niet terug. Voor zonne-installaties die vanaf 2021 worden geplaatst, worden de netkosten en energietaksen gebaseerd op de werkelijke stroomafname van het net. 

 

ELEKTRICITEIT BESPAREN

Een algemene kennis over je elektrische installatie zelf is belangrijk maar ook belangrijk is dat je je bewust bent van je dagelijkse verbruik. Energie is namelijk allesbehalve gratis, en dus kunnen we er beter spaarzaam mee omspringen:

• Doe het licht uit wanneer je een kamer verlaat of installeer tijd- of bewegingssensoren.
• Vervang gloeilampen en spaarlampen door energiezuinige ledlampen.
• Haal apparaten die je niet gebruikt uit het stopcontact. Laat ze niet in sluimerstand staan.
• Kies het juiste toestel. Let op het energielabel van je toestel.
• Onderhoud je elektrische toestellen. Zorg dat ze optimaal kunnen werken.
• Was op een lagere temperatuur.
• Laat natte kleren buiten drogen of op het wasrek.
• Beperk het strijkwerk tot een minimum door de was onmiddellijk te plooien na het drogen.
• Laat de frigo of diepvries niet langer open dan nodig. Hetzelfde geldt voor je oven.
• Een volle frigo of diepvries verbruikt minder. Kies dus niet meteen voor het grootste model maar denk in functie van wat je nodig hebt.
• Ontdooi je diepvries regelmatig.
• Schakel de oven of kookplaat uit net voor het eten klaar is.
• Programmeer de thermostaat volgens je dagschema.
• Isoleer de woning voldoende.

 

VEILIGHEID

Elektriciteit is een grote luxe in huis maar het blijft hoe dan ook gevaarlijk. Zo is elektriciteit vaak de oorzaak van brand door overbelasting of kortsluiting. Als je elektriciteit op de juiste manier gaat gebruiken, hoef je je hier gelukkig geen zorgen om te maken. Daarom enkele tips:

• Let op met je elektrische bedrading: de isolatie van deze bedrading mag zeker niet beschadigd worden! Let dus op wanneer je kaders gaat ophangen of in de muren gaat boren. Er bestaan toestellen die kunnen waarnemen of er een kabel in de muur loopt en die je dus al een stuk voort kunnen helpen.
• Vermijd ook losse snoeren. Gebruik kabelgoten om deze netjes weg te bergen of bevestig ze met geschikte kabelklemmen aan de muur.
• Hang geen voorwerpen op aan een elektrische draad.
• Raak nooit een blootliggende draad aan.
• Controleer je elektrische toestellen. Gebruik geen toestellen waarvan de draad beschadigd is. Let er ook op dat het toestel het CE-label heeft.
• Haal toestellen uit het stopcontact wanneer je ze niet gebruikt.
• Hou elektrische toestellen uit de buurt van bad of douche en hou water uit de buurt van je toestellen. Ga zeker niet met natte handen je toestellen bedienen als je voeten in water staan.
• Trek nooit aan de elektrische draad om een stekker uit het stopcontact te halen. Ook dan heb je risico op beschadiging.
• Denk eraan dat bepaalde toestellen warmte kunnen geven. Plaats bijvoorbeeld nooit een handdoek op je microgolfoven of je elektrisch vuur.
• Verlengkabels mogen nooit bedekt zijn. Laat er dus geen kledij of papieren op liggen. Let er ook op dat niemand erover kan struikelen.
• Wikkel verlengdraden volledig af voor je ze gaat gebruiken. Ook bij bijvoorbeeld de stofzuiger haal je de volledige draad uit het toestel voor je deze aansteekt.
• Versleten verlengdraden gooi je best meteen weg, ga ze niet herstellen.
• Kies voor een meervoudig stopcontactblok, eventueel met beveiliging.
• Let erop dat je stopcontacten niet gaat overbelasten.
• Kapotte stopcontacten en schakelaars laat je best zo snel mogelijk herstellen.