Aandachtspunten bij het upgraden van autoverlichting
Moderne verlichtingstechniek in bestaande lamp

Garagisten krijgen steeds vaker de vraag om de diverse verlichtingssystemen van een wagen te verbeteren, door retrofitting, in plaats van de lampen één-op-één te vervangen. Die verbetering zit dan concreet in de lichtsterkte, het uitzicht of de energiezuinigheid van de modernere lampen. In dit artikel kom je te weten waarop je zoal moet letten voor een correcte uitvoering van deze upgrade, en welke voordelen de nieuwste ontwikkelingen met zich meebrengen.
Wat is retrofitten?

Onder het retrofitten van autoverlichting verstaan we het upgraden van verouderde – al dan niet defecte – lichtbronnen naar nieuwe lichtsystemen, met behoud van de bestaande fittingen. Het gaat dus om het aanbrengen van moderne verlichtingstechniek in een bestaande lamp, zonder bijvoorbeeld de hele koplamp of de bedrading aan te passen, wat overigens niet is toegestaan.
Concreet gaat het in de meeste gevallen om de vervanging van gloei- of halogeenlampen naar led- of xenonlampen, al kan het ook gaan om led- of xenonlampen van een oudere naar een nieuwere generatie, of om lampen met een hogere lichtopbrengst, een langere levensduur of een andere lichtkleur.
Automobilisten stappen steeds vaker met deze vraag naar garagisten, waardoor de ontwikkelingen binnen dit productgamma elkaar tegenwoordig in sneltempo opvolgen.
Waarom retrofitten?
Er zijn verscheidene redenen om de verlichting te laten upgraden.
Het belangrijkste voordeel is natuurlijk veiligheid: zien en gezien worden. Leds bieden namelijk een helderder licht en een betere lichtspreiding dan de traditionele halogeenlampen. De weg en obstakels worden hierbij beter verlicht en kunnen eerder worden waargenomen. Zeker bij oudere automobilisten, van wie het zicht 's nachts of bij slechte weersomstandigheden achteruitgaat, kan de betere zichtbaarheid en het verhoogde oogcomfort wenselijk of noodzakelijk zijn.
Het ledlicht is ook witter, wat door velen als fraaier en moderner wordt aanzien dan de verouderde, gele halogeenverlichting. Is er een leddagrijverlichting, maar zijn er standaard halogeendimlichten voorzien op de wagen, dan willen sommige automobilisten dit verschil tussen beide lichtkleuren wegwerken. Zo krijgt het design van de wagen dus een visuele upgrade en wordt ook de restwaarde voor een eventuele verkoop opgekrikt.
Verder speelt ook duurzaamheid een grote rol in dit verhaal. In vergelijking met gloei- of halogeenlampen hebben ledlichten namelijk een veel langere levensduur (vijf tot zes keer zo lang), die de normale gebruikstijd van een wagen ver overstijgt. Zo zijn er minder grondstoffen nodig om nieuwe onderdelen te vervaardigen en is er ook minder afval van kapotte onderdelen. Bovendien zijn deze lampen een stuk energiezuiniger, wat vooral bij elektrische voertuigen van belang is.
Al deze aspecten samen resulteren uiteindelijk ook in een financieel voordeel: er is minder risico op ongevallen en dus kosten, de wagen kan duurder worden doorverkocht en ook de kosten voor het meervoudig vervangen van versleten gloei- of halogeenlampen worden vermeden.
Welke lichten kan en mag je retrofitten?
Interieur en exterieur
Tegenwoordig zijn er voor vrijwel alle mogelijke lichtbronnen en verlichtingssystemen retrofitonderdelen beschikbaar, zelfs voor de geavanceerde systemen die bij moderne auto's steeds meer voorkomen. De toepassingsdomeinen van deze vervangingsproducten bevinden zich dus zowel in het interieur als het exterieur van de wagen: van lees-, kenteken- of kofferlampen tot richtingaanwijzers, en van dim- en groot- tot mist- en remlichten.
De kleine lampjes van de interieurverlichting kunnen veelal door automobilisten zelf worden vervangen, zonder risico op fouten. Die hebben ook geen verplicht karakter, dus zijn er geen wettelijke beperkingen.
Bij koplampen is dit daarentegen specialistenwerk, want dit is complexer en moeilijker bereikbaar. Bovendien moeten deze lampen na de vervanging opnieuw worden gecontroleerd of afgesteld, zodat de wagen veilig de baan op kan en zonder opmerkingen door de technische keuring geraakt. Hier is natuurlijk een geschikt, professioneel afstelapparaat voor nodig.
Legaliteit
Voor het upgraden van halogeen- naar ledkoplampen gelden er wettelijke regels die per land verschillend kunnen zijn. Sommige retrofitoplossingen zijn universeel en geschikt voor een breed scala aan voertuigen; andere zijn specifiek ontworpen met typegoedkeuring. Controleer hiervoor het E-nummer van de koplampunit en check of dit nummer vermeld staat in de compabiliteitslijst van de retrofitlamp.
Ga altijd na of de vervangonderdelen voldoen aan de wettelijke eisen en technische normen van het voertuig en de lichtbron in kwestie
Er moet dus altijd worden nagegaan of de vervangonderdelen voldoen aan de wettelijke eisen en technische normen van het voertuig en de lichtbron in kwestie. Die zijn voor landen van de Europese Unie te vinden op de website EUR-Lex. Veel merken voorzien ook een eigen voertuigcompabiliteitslijst, en een overzicht van de landen waarin de lampen zijn goedgekeurd voor gebruik op de openbare weg.
Hoogwaardige versus minderwaardige oplossingen
Binnen het brede aanbod aan onderdelen bestaan er aanzienlijke kwaliteitsverschillen. Enerzijds zijn er hoogwaardige oplossingen van Tier 1-leveranciers en andere producenten die aan strenge normen beantwoorden. Anderzijds circuleren er ook producten van mindere kwaliteit.
Die laatste zijn doorgaans goedkoper in aankoop, maar kunnen op de langere termijn net duurder uitvallen. Ze worden immers soms vervaardigd uit materialen van lagere kwaliteit, waardoor ze sneller slijten. Belangrijker nog: de lichtintensiteit en lichtverdeling zijn niet altijd optimaal, wat tot veiligheidsrisico’s kan leiden. In bepaalde gevallen kunnen dergelijke onderdelen bijvoorbeeld andere weggebruikers verblinden.

OEM-onderdelen of gelijkwaardige alternatieven situeren zich doorgaans in het hogere prijssegment. Hun sterkte is dat ze perfect afgestemd zijn op het specifieke verlichtingssysteem, uitgebreid getest werden en 100% door de autofabrikant zijn goedgekeurd of gelijkwaardig gekeurd. Daardoor hebben ze een perfecte pasvorm, garanderen ze een optimaal lichtbeeld, zijn ze wettelijk toegelaten en kunnen ze zonder bijkomende aanpassingen of afstellingen gemonteerd worden. Dat is vooral relevant bij wagens met adaptieve verlichting, automatische koplampverstelling of andere sensorgebaseerde systemen.
Het is belangrijk om uw klanten helder te informeren over deze kwaliteitsverschillen en hen te adviseren op basis van hun specifieke noden en het vereiste prestatieniveau.
STAPPENPLAN
1. Controleer vooraf de voertuigcompabiliteit van de retrofitlampen: check de productverpakking en let op de typegoedkeuring voor gebruik op de openbare weg.
2. Schakel de stroom uit vóór de montage. Schakel dus steeds het contact uit of koppel de accu los.
3. Verwijder de oude lampen zorgvuldig. Let daarbij op klemmetjes, fittingtypes en contactpunten.
4. Plaats de nieuwe lampen en let daarbij op de correcte positionering. Bevestig eventueel de koeling, zonder kabels te beknellen. Monteer ook eventuele CANbus-adapters en EMC-filters, indien nodig.
5. Test de nieuwe verlichting. Controleer de werking, het lichtbeeld en eventuele foutmeldingen. Voer bij koplampen steeds een afstelcontrole uit.
Waarop letten bij het retrofitten?
Algemeen gesteld is het aan te raden om de verlichting te laten afkoelen vóór de werkzaamheden, handschoenen te dragen (vooral bij halogeen) en in het geval van 'symmetrische' lichtsystemen de beide lampen samen te vervangen, zodat die dezelfde lichtopbrengst hebben.
Afhankelijk van de soort verlichting en de kwaliteit zijn er verder nog een aantal technische en praktische aandachtspunten te vermelden, voor een optimale werking en levensduur. Hiervoor kunnen ook specifieke benodigdheden vereist of wenselijk zijn.
Montageproblemen
Zo moet een retrofitlamp exact passen in de originele fitting en het optisch systeem; al dan niet met een montagering. Bij een verkeerde pasvorm ontstaat er immers verstrooid licht of verblinding van tegenliggers, wat onveilig is en aanleiding kan geven tot afkeur of verzekeringsproblemen, in het geval van koplampen. Ook bij een verkeerde positionering in de reflector of lens kan er onvoldoende zichtbaarheid ontstaan, door een verkeerd lichtbeeld.

Richtingaanwijzers moeten dan weer op het juiste tempo knipperen: 1,5 Hz. Bij een verkeerde montage kan er hyperflashing optreden, of kan men dashboardmeldingen krijgen. Let er verder ook op dat de armaturen goed afsluiten na de installatie, vooral bij oudere voertuigen. Leds zijn immers gevoeliger voor vochtproblemen.
Elektrische problemen
Daarnaast zijn leds ook gevoelig voor oververhitting en spanningsschommelingen. Hierdoor kunnen de lampen flikkeren, dimmen of plots uitvallen, wat ook het geval is bij retrofitlampen die niet compatibel zijn met het voertuig. Bij reststroom op de lijn kunnen de lampen nagloeien. Maak daarom eventueel gebruik van een nagloeiresistor. Slecht afgeschermde retrofitlampen kunnen EMC-storingen veroorzaken op de radio, de navigatie of andere voertuigsystemen.
Anderzijds kunnen er ook foutieve dashboardmeldingen oplichten doordat leds minder stroom verbruiken dan halogeenlampen, wat dan verkeerd door de boordcomputer geïnterpreteerd wordt als 'lamp defect'. Bijhorende CANbus-adapters kunnen deze storingen verhelpen. Het kan ook nodig zijn om het elektrische systeem van de wagen na de upgrade opnieuw te programmeren.
Ontwikkelingen
Veel van deze aandachtspunten worden evenwel weggewerkt door de nieuwste ontwikkelingen in dit productgamma. Zo was de eerste generatie ledretrofitlampen vrij fors van formaat en voorzien van externe drivers en extra kabels, terwijl die nu compacter zijn en uitgerust zijn met een interne driver. Hierdoor zijn ze eenvoudiger in te bouwen, passen ze beter en kunnen ze voor meer voertuigen worden gebruikt. De ingebouwde elektronica garandeert een stabiele werking.

Deze leds kunnen ook beschikken over een passieve of actieve koeling, zoals koelsleuven en/of een ingebouwde ventilator, om de gering geproduceerde warmte af te voeren. Dit kan via de voorkant van de lamp gebeuren, waardoor dan eventueel ijs of rijm van de koplampunit wordt verwijderd in de wintermaanden, wat het zicht en de veiligheid vergroot.
Steeds meer ledretrofitlampen krijgen overigens precies dezelfde voetaansluiting als een gloei- of halogeenlamp, waardoor de vervanging hiervan heel eenvoudig wordt: 'direct fit'.
Met medewerking van Hella Benelux, LKQ, Osram Benelux, Ultinon Motion en Valeo